Enkele jaren geleden was urban agriculture vooral bekend als een overlevingsstrategie van de zeer armen in derde wereldsteden.
Tegenwoordig is het een begrip dat juist ook in verband gebracht wordt met
stedelijke dynamiek en vernieuwing in westerse landen.
Het onderwerp is hot. Vrijwel alle zichzelf respecterende
stedenbouwkundigen en architecten, planologen
en vastgoed ontwikkelaars hebben gebouwen, wijk of
gebiedsontwikkelingsplannen in portfolio waarbij een
vorm van voedsel productie in combinatie met stedelijke
bebouwing een rol speelt.
Dergelijke combinaties van bouwen en verbouwen, van
groen en rood, van agrarische stedelijkheid (agrarian
urbanism) zijn innovatief, hip en duurzaam. Er is een
sluimerende, soms opvlammende, voedselcrisis (voedselveiligheid
problemen, hogere grondstofprijzen, etc.),
een klimaat crisis (CO2 emissies voedselsysteem, heat
island effect in steden, etc.) en een financiële en
vastgoed crisis (teruglopende budgetten groenbeheer,
braakliggende gronden, etc.). Steden kampen met uitdagingen
als groeiende obesitas bij diverse groepen,
sociale integratie van cultureel zeer diverse bevolkingsgroepen
en het kosten effectief vitaliseren van
de wijk economie. Stadslandbouw heeft de potentie,
mits op bredere schaal en (semi-)professioneel ingezet,
op elk van deze crises en uitdagingen een begin van
een antwoord te bieden. En daarbij is het nog smakelijk
en leuk ook.
Het volledige artikel kan je
hier downloaden op de website van Stedebouw en Architectuur.
Je kan op dezelfde website ook
hier een brochure "Smakelijk duurzame stad" downloaden, aangeboden door het Nederlandse ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, een magazine over gemeentelijke ‘voedselstrategie’, over ‘stadslandbouw’, ‘voedselparken’, moestuinen, streekproducten, en over voorlichting op scholen.